Ingrediënten
BENZOPHENONE-1
Nederlandse Beschrijving
2,4-Dihydroxybenzofenon
Functie(s) van dit ingrediënt in cosmetische producten
HULPSTOF VAN PARFUMOLIEN
Hulpstof van parfumoliën en/of aroma's
LICHT STABILISERENDE STOF
Bescherming van het cosmetische product tegen aantasting door licht
UV-ABSORBER
Beschermt het cosmetische product tegen aantasting door UV-licht
Origine
synthetisch
Voorkomen in cosmetica
Als UV-absorbeerder ter bescherming van o.a. geurstoffen, kleurstoffen en licht-gevoelige ingrediënten in producten zoals parfum en zeep en om kunststofverpakkingen te beschermen tegen UV-straling
Voorkomen in andere producten
Als foto-initiator in UV-hardingstoepassingen (zoals inkt en coatings in de grafische industrie)
Achtergrondinformatie over het gebruik in cosmetica
Geurstoffen of mengsels van geurstoffen worden in de cosmetica vaak "reukstoffen" of "parfumoliën" of "parfumoliën" genoemd. Op cosmetische producten worden zij aangegeven met de INCI-naam "PARFUM". Het gaat om onverdunde afzonderlijke stoffen of mengsels daarvan die afkomstig zijn van natuurlijke grondstoffen, of (half)synthetisch kunnen worden vervaardigd. Het zijn de grondstoffen voor de productie van parfum, eau de parfum, eau de toilette, eau de cologne en andere geparfumeerde cosmetische producten. Het gemiddelde gehalte aan geurstoffen in parfum bedraagt 15-30%, in eau de parfum 10-14%, in eau de toilette 6-9%, in eau de cologne 3-5%, in huidcrèmes, shampoos, haar- en deodorantsprays ongeveer 0,2-1% en in deodorantsticks ongeveer 1-3%. De parfumoliën omvatten etherische oliën, harsaroma's en absolues. De bronnen zijn onder andere bloemen, bladeren en stengels, vruchten en vruchtenschillen of wortels van planten; bossen, grassen of kruiden, naalden, harsen en balsems. Bovendien worden alleen verbindingen gebruikt die uit natuurlijke producten zijn geïsoleerd, zoals aldehyden, ketonen, esters, alcoholen enz. (geraniol, citronellal, citral, eugenol, menthol), maar ook halfsynthetische (citronellol, geranylacetaat, jonon) en synthetische geuren (bv. fenylethylalcohol en linalool). Geuren van dierlijke oorsprong, zoals muskus en amber, worden maar zelden gebruikt.
Waarom hebben we het erover?
Benzofenon-1 en benzofenon-2 worden ervan verdacht hormoonverstoorders te zijn. Ze worden er ook van verdacht het oppervlaktewater te verontreinigen en het aquatische milieu in gevaar te brengen. De feiten: Volgens in-vitro-onderzoeken zouden benzofenon-1 en benzofenon-2 enig effect kunnen hebben op oestrogenen en androgenen. Van benzofenon-2 wordt ook gedacht dat het effecten heeft op de schildklieras. Er zijn echter onvoldoende in-vivogegevens om de hormoonverstorende werking ervan te bevestigen of te weerleggen. Nieuwe evaluaties worden uitgevoerd. Een gebalanceerde wetenschappelijke beoordeling zal niet alleen gebaseerd moeten worden op in vitro bewijs van hormonale werking, maar zou ook de biologische potentie en menselijke blootstelling van cosmetisch gebruik moeten overwegen. Hierbij moet vermeld worden dat voldoende gevoelige in vitro testen de hormonale werking van bijvoorbeeld soja (isoflavonen) hebben vastgesteld, maar dat wetenschappelijke en wetgevende instanties geen veiligheidsmaatregelen hebben getroffen voor de inname van sojagebaseerde voeding. Belangrijke punten om mee te nemen: Deze stoffen worden zelden of nooit in cosmetica gebruikt. Er is verder onderzoek nodig voor een wetenschappelijk gefundeerde beoordeling van het mogelijke hormoonverstorende potentieel van benzofenon-1 en benzofenon-2. Wat het milieu betreft, is benzofenon-1 biologisch afbreekbaar en is de accumulatie in aquatische organismen verwaarloosbaar. Voor benzofenon-2 zijn geen milieugegevens beschikbaar.
Behoort tot de volgende stofgroepen
Cosmetica Regulering
Cosmetica-ingrediënten zijn wettelijk gereguleerd. Let op: er kunnen andere regels gelden voor cosmetische ingrediënten buiten de EU.